1 december

Vanwege een omstandigheid in zijn familie is meester Sjoerd er vandaag niet. Hij wordt het eerste halfuur vervangen door de interne begeleidster, waarna om 9:00u juf Eva die de klas goed kent, het overneemt. Bij het begin is er wat opwinding en ophef: er liggen voor alle kinderen, op ieders gisteren gemaakte kleurplaat, een sinterklaascadeautje bestaande uit een zakje pepernoten en een klein boter-kaas-en-eieren spel.

Zij mogen de eerste twintig minuten aan hun weektaak werken, als zij daarmee klaar zijn, lezen en intussen de pepernoten opeten. Tot juf Eva komt mogen ze vervolgens een Sinterklaas- kleurplaat inkleuren. Ik loop rond bij dit kleuren en zie hoe kinderen het heel verschillend doen. Een meisje is boos omdat meester Sjoerd er niet is: zij zou vandaag een gouden ster krijgen. Daarop moet zij tot maandag wachten. Als juf Eva wat later haar op die boosheid aanspreekt, zegt zij niet veel maar de stoom komt uit haar oren. Zo ziet machteloze verongelijktheid er bij haar uit. Tegen de tijd van de morgen pauze eet ze geen fruit en moet zij van de juf een paar minuten binnenblijven. Ik maak van de gelegenheid gebruik door een gesprek te proberen. Ze beaamt dat zij nog steeds boos is. Maar nu is zij op zichzelf, dat zij er zolang in blijft hangen. Opmerkelijk is het hoe dit kind reageert. Op mijn uitnodiging draait zij een denkbeeldige knop om en mag van mij buiten gaan spelen. Opgewekt verlaat zij het lokaal.

Maar zover is het nog niet. Eerst gaan we rekenen. De kinderen gaan rekenen met geld. De clou zit erin dat zij met zo min mogelijk briefje en munten bedragen moeten samenstellen of invullen.

Als extra hulp hierbij neemt juf Eva enkele sommen uit hun rekenboek door en inventariseert samen met de klas welke briefjes en welke munten er zoal zijn. Daarna gaat de klas aan de slag. Ik ga met vier kinderen die hier niet zo sterk in lijken elders met deze sommen aan de slag. Deze leken niet zo sterk, maar al ras blijkt dat drie van de vier kinderen heel goed kunnen rekenen met geld. Ik vermoed dat kennis uit hun dagelijks leven hier samenkomt met schools leren. Deze kinderen verkoop je geen knollen voor citroenen.

Bij het fruit eten vóór de pauze kleuren de kinderen verder aan hun Sinterklaas-kleurplaat.

Na de pauze besteedt de juf aandacht aan enkele incidenten op de speelplaats. Emoties lopen bij kinderen snel hoog op, bij een duw of wanneer iemand niet meer mee mag doen bij een spel dat al begonnen is. Aansluitend geven enkele kinderen echter ook een opsteker aan anderen.

Het Jeugdjournaal-item van deze week gaat over het ISS dat al 25 jaar in de ruimte om de aarde cirkelt. Ik ben met vijf kinderen apart van de klas hiermee bezig. De tekst wordt vlotter gelezen dan enkele maanden terug, de vragen beantwoord door in de tekst het aan te strepen. Als ik vraag wie er ooit in de ruimte wil reizen naar zoiets als ISS steekt er een zijn vinger op. Ik wil graag, samen met mijn broer: als ik zweef kan ik hem wel de baas.

In de klas weer samen, gaan wij verder met lidwoorden en zelfstandige naamwoorden (woorden mensen, dieren, planten en dingen). Juf Eva legt uit dat er geen eenvoudige regels zijn voor wanneer je ‘de’ en wanneer je ‘het’ moet gebruiken. Dit leer je door te praten en naar anderen te luisteren. En bij meervoud is het wel duidelijk: altijd ‘de’ gebruiken. En bij verkleinwoorden altijd ’het’. De juf legt op het digibord de opdrachten in het werkboek uit. Hierbij helpt een kind ongevraagd de juf met het besturen van het bord. De juf aanvaardt de hulp zonder iets te zeggen. De kinderen gaan aan de slag. Juf Eva corrigeert hierbij soms het storende gedrag van enkele kinderen. Zij is streng en heeft uiteraard minder contact met de kinderen dan de vaste docent Sjoerd. Dat is merkbaar.

Vlak voor de middagpauze eten de kinderen hun lunch, waarbij onderwijl het Sinterklaasjournaal getoond wordt. Deze ochtend was wat rumoeriger dan anders.

Later in de personeelskamer is er een gesprek over het belonen van kinderen met sterren, dat zou niet te veel moeten gebeuren: goed werken en opletten zou normaal moeten zijn voor kinderen. Hen er steeds op wijzen dat zij voor zichzelf leren moet veel meer gewoon zijn. Ik vraag me af of kinderen thuis genoeg complimenten krijgen bij hun ontwikkeling en of een grotere bijdrage van de school hier op zijn plaats is.

8 december

Meester Sjoerd is ziek, evenals twee kinderen. De klas heeft gisteren meester Klaas als invaller gehad en de dag ervoor een dag vrij gehad, omdat er geen vervanging voorhanden is. Vandaag doet juf Eva, die nog herstellende is van een voetblessure, groep 4. Bij inlooptijd zijn kinderen aan het lezen of gaan verder met hun weektaak. Ik help een kind met rekensommen waarbij regelmatige sprongen tussen twee getallen ingevuld moeten worden. Dit zijn moeilijke opgaven en ik weet niet hoe deze sommen uitgelegd zijn. Dus ik doe dat maar op mijn manier; het kind moet erg op zijn tenen lopen om het te kunnen volgen.

Juf Eva maakt het programma van de dag bekend en vertelt dat de klas als er ‘s morgens goed gewerkt wordt, ’s middags iets leuks kan gaan doen.

De klas begint met een taaltoets. De kinderen moeten eerst hun tafeltjes in de toets-opstelling, d.w.z. los van elkaar, zetten. Dat gaat met het nodige lawaai gepaard. Na drie minuten kan juf Eva met de uitleg vooraf beginnen. Het gaat om drie teksten van Nieuwsbegrip. De kinderen moeten elk tekst zorgvuldig lezen en er vragen over beantwoorden, meestal door een meerkeuzevraag te omcirkelen of aan te kruisen. De teksten gaan o.a. een olifant in een dierentuin, die iets van een bezoeker kapot maakt.

De vragen gaan over wie wat deed, wat er eerst gebeurde of wat de oorzaak was van een voorval. Vragen die noodzakelijk maken dat je de teksten leest en begrijpt. De kinderen gaan direct aan de slag. Na 10 minuten (ze mogen er ruim een half uur over doen) is de eerste klaar. Meer dan de helft van de vragen zijn niet beantwoord. Juf legt voor de gehele klas nog eens uit dat snel klaar zijn niet belangrijk is, waarna het kind weer begint. Het valt mij op dat de klas nu erg serieus aan de toets werkt en een enkel kind heeft een vraag over een vraag. De werkbladen worden na ruim een half uur opgehaald, op een moment dat bijna alle kinderen al klaar zijn en zitten te lezen

Wij gaan door met een dictee

Het dictee gaat om vijftien ‘regel-woorden’ en ‘ook-zo-woorden’. De betreffende regel is: een woord dat als klank op een ‘t’ eindigt maak je langer door het meervoud uit te spreken en dan hoor je of het op een ‘d’ eindigt of een ‘t’.  Bij de ook-zo-woorden gaat het om woorden eindigend op oei, ooi, aai.

De juf leest de zin voor, de kinderen noemen hardop het woord waar het om gaat en schrijven dit in een schrift. Er komen woorden langs als loeien, hoed, zwaard, prooi, haai wind, naald, oei, gooi e.a. Ik loop rond en zie dat de meeste kinderen de woorden goed schrijven en een paar schrijven al heel mooi. Sinds enige tijd gebruiken kinderen schriften met fijne lijntjes die maken dat zij de woorden meer regelmatig kunnen schrijven, namelijk binnen de lijnen.

Als de ophaaldienst van deze week de dicteeschriften ingenomen heeft gaat de klas fruit eten en daarna naar buiten voor het speelkwartier.

Buiten gebeurt van alles, mooie dingen maar ook kleine botsingen die tot ophef en gedoe leiden. Ik help een keer drie kinderen bij een gesprek over een ruzie. 

Juf Eva bespreekt de pauze-incidenten, geeft twee kinderen de gelegenheid opstekers uit te delen, doet dat zelf ook waarna wij verder gaan met rekenen. Wij gaan plus-sommen oefenen, voor een toets volgende week, waarbij het tiental gepasseerd wordt. De sommen blijven beneden de twintig. De werkwijze is om eerst het eerste getal aan te vullen tot tien en dan de rest van het bij te voegen getal erbij op te tellen. Het bij te voegen getal splits je eerst om de aanvulling tot tien mogelijk te maken.

Ik ga met vier kinderen apart aan het werk. Tot mijn verbazing zijn twee kinderen de afgelopen periode een stuk beter geworden in het maken van deze sommen. Ik hoef eigenlijk niets uit te leggen. Ik kijk, geef complimenten en moet alleen na zo’n 20 – 25 minuten de kinderen afwisselend manen tot doorwerken: hun concentratie verslapt. Na een half uur worden wij geroepen omdat de klas gaat eten en daarna de middagpauze krijgt.

Onder het eten wordt het jeugdjournaal van gisteren getoond. De beelden van Gaza roepen geen hoorbare reacties op. Ik lijk de enige die ook hier op school bij deze fragmenten moet slikken.


Eén reactie op “Logboek van een reken- en leesopa (12)”

  1.  Avatar
    Anoniem

    weer mooi ! en de reactie van kinderen op de oorlog ,heeft misschien wel te maken met die spelletjes die ze spelen op de tablet of telefoon. ze zien het misschien niet als echt ze schieten zelf ook iedereen!!!!!! neer denk je niet

Plaats een reactie