3 november
Meester Sjoerd is er weer en juf Eva die ziek is is wordt vervangen onderwijsondersteuner Giselle. Giselle doet een snuffelstage en overweegt om in het basisonderwijs te gaan werken, vertelt zij tijdens de inloop. Intussen werken aan het begin van deze dag de kinderen aan hun lees- en rekenwerk van deze week. Op één ziek kind na, druppelen alle kinderen binnen. Meester Sjoerd vraagt aan de kinderen of zij deze week thuis de tafel van vier geoefend hebben. Hij vraagt om eerlijke antwoorden en zegt niet boos te worden als iemand ‘neen’ zegt. Hij legt nog eens het belang van dit oefenen uit – je doet het niet voor mij maar voor jezelf- en kondigt aan dat hij de ouders hierover nog een berichtje stuurt. De smartphone is een belangrijk communicatie-instrument geworden tussen docent en ouders. De klas in beginnen met het doorwerken van les 14 van rekenen en ik ga dit apart doen met enkele reken-zwakke kinderen. De les gaat over het splitsen van getallen en daarvan sommen maken en het werken met een getallenlijn, waarbij het begin- en eindpunt wisselende tientallen zijn. Eén kind ziet niet dat bijv. 34 tussen de 30 en 40 moet liggen. De veranderende schaalverdeling op de lijn tussen 20—–50 en die tussen 30—–70 is nog moeilijker.
Na twintig minuten zijn wij klaar, ik kan slechts hopen dat het ene kind er iets van opgestoken heeft, ik vermoed dat de anderen het inderdaad beter begrijpen.
De klas gaat door met klok kijken. In het werkboek staan klokken getekend met tijden van hele en halve uren. De kinderen moeten bij deze tijden aangeven hoe laat is zou zijn op één uur later, twee uur later of één uur eerder. Bij hele uren lukt het de meeste kinderen wel, bij halve uren loopt het minder goed, waarbij ik me afvraag of daar een taal of woordprobleem of een rekenprobleem op tafel ligt: half zeven is immers rekenkundig gezien een raar woord. Ook hier zie ik overigens kinderen voor wie de klok bijna geen geheimen meer kent en anderen die nog veel hebben te leren.

De klas eet fruit en gaat daarna naar buiten. Twee kinderen krijgen hun banaan niet open en geven deze zonder woorden aan mij. Blijkbaar is hun vraag aan mij vanzelfsprekend. Raar genoeg voelt het vertrouwd.
In de pauze praat ik even met meester Sjoerd over zijn familie en over de groep.
Na de pauze is er eerst wat tijd voor een terugblik op de pauze – wie had er geen leuke pauze en hoe kwam dat? – en daarna staat taal op het programma in de vorm van enkele opdrachten n.a.v. het Nieuwsbegrip item van deze week: de invoering van statiegeld op blikjes. Terwijl de klas in groepjes aan deze opdrachten werk, doe ik hetzelfde met een groepje apart. Nu heb ik tijd om even stil te staan bij het (hardop) lezen, bij moeilijke woorden en bij enkele zinnen. Nadat een alinea is voorgelezen door een van de kinderen, beantwoorden zij ieder voor zich een vraag daarover door het antwoord in de tekst te onderstrepen. Praten in volzinnen en mondeling iets uitleggen is heel moeilijk voor de kinderen. Eén kind dat slechts iets meer dan een jaar in ons land verblijft doet erg haar best.
Als wij klaar zijn blijkt de klas al enige minuten met eigen rekenwerk bezig te zijn. Nu wij binnenkomen kan het dictee beginnen. Het gaat vooral om woorden met een nk en een ng op het eind en woorden met een f of een v aan het begin. De meester leest een zin, de klas herhaalt hardop het woord waar het omgaat en iedereen schrijft het woord vervolgens op. Het betreft de woorden: streng – wang – ring – kring – bank – pink – zink – links – denkt – drink – fiets – vals – vraag – fles – feest. De klas is geconcentreerd bezig.
De morgen wordt afgesloten met rekenwerk. Het gaat om het automatiseren van plus- en minsommen beneden de tien. Er verschijnen tien sommen op het digibord en de kinderen krijgen kort de tijd om de antwoorden in hun schrift te schrijven. De goede antwoorden staan aansluitend op het bord ingevuld en de kinderen kijken zelf hun werk na. Meester Sjoerd vraagt wie er tien goed heeft, wie negen en wie acht. Hij zegt er uitdrukkelijk bij vooral eerlijk te zijn naar jezelf, dat fouten maken mag maar dat deze ook reden zijn voor thuis oefenen. Hij heeft de ouders hierover al ingelicht.
Na deze oefentoets halen de kinderen hun schooltas met lunch en eten. Meester Sjoerd draait intussen een filmpje met daarin een lied van de tafel van vier. De lunch wordt afgesloten met vijf willekeurige sommen uit de tafel van vier. Een paar kinderen weten ze alle vijf. De lunchpauze kan beginnen nadat de klas twee minuten nodig had om een stille rij in de gang heeft te vormen. Enkele andere klassen hebben immers wat later pauze en zijn nog bezig.
10 november
Er blijken drie kinderen ziek te zijn vanmorgen en een komt wat later vanwege een bezoekje aan het ziekenhuis.
Wij beginnen vandaag met rekenen met de klok. Het terug- en vooruit-rekenen met hele en halve uren is nog niet gesneden koek voor elk kind. Daarom neemt meester Sjoerd de tijd om dit nog eens goed uit te leggen. Elke tafel heeft klokken van hout waarmee de kinderen de tijd kunnen verzetten en oefenen.

Dat het begrijpen van halve uren ook een taalkundig probleem is benoemt Sjoerd nu uitdrukkelijk: ‘halfnegen’ is een raar woord voor ‘acht en een half uur’. Hij geeft ook een andere bewoording: ‘halverwege acht en negen uur’. Met de houten klokken als hulpmiddel lukt het de meeste kinderen 2 uur later, 1 uur vroeger of ook een half uur later aan te wijzen.
De klas gaat hierna verder met rekenwerk en wel getallen splitsen: je splitst een getal in twee getallen en maakt plus- en minsommen daarmee. Met een stappenplan daarvoor gaan ze aan de slag met een hele rij sommen. Ik ga met een groepje kinderen apart hiermee aan het werk, waarbij de zwakste (met rekenen) als spoedig afhaakt. Na de splitssommen gaan wij verder met nog meer sommen met klokkijken. Ik leg het groepje uit: later = plus en vroeger = min. Met hele uren rekenen kan iedereen, met halve uren is het moeilijker.
Ter voorbereiding van een toets volgende week oefen ik nog even met vier andere kinderen een rijtje splits-sommen waarvoor ze twee minuten de tijd krijgen. Geen enkel kind heeft alles goed binnen die tijd.
Bij het fruit eten wordt nog eens het item van Nieuwsbegrip van het Jeugdjournaal herhaald, want daar gaan wij na de pauze mee aan de slag. Nieuwsbegrip gaat deze week over het besluit van minister Weerwind om familieruimtes in gevangenissen in te richten, zodat kinderen hun ouder kunnen ontmoeten in een prettige sfeer.
De pauze blijkt voor de meeste kinderen tijd om te experimenteren met gedrag, met samen spelen, ruzie maken, een ander iets gunnen, neen zeggen, enz. Daarom begint meester Sjoerd na de pauze steevast met een kort gesprek over hoe die pauze voor iedereen verliep. Twee incidenten worden besproken en de bijbehorende wreveligheid opgelost. De meester geeft een kind uitgebreid een compliment voor haar werkhouding en haar samenwerken met andere kinderen. Opmerkelijk en goed vind ik dat meester Sjoerd nog eens uitdrukkelijk stil staat bij het belang van het geven van eerlijke antwoorden op vragen van anderen. Op de eerste plaats moet je eerlijk zijn voor jezelf: als je boos bent of als je een fout gemaakt hebt help jij jezelf niet door het te ontkennen. Door het te verzwijgen kan jij of een ander er niet van leren. En fouten maken mag.
En dan ga ik met vier kinderen de tekst van Nieuwsbegrip alinea voor alinea doornemen, moeilijke woorden bespreken en de bijbehorende vragen beantwoorden door het antwoord in de tekst te onderstrepen. Eigen zinnen maken hoeft nog niet.

Na twintig minuten zijn we klaar, de kinderen krijgen het werkblad mee naar huis, zodat ouders kunnen zien welk item van het nieuws is besproken.
Na enig gestommel begint meester Sjoerd met het volgende taal onderdeel: nieuwe woorden. Meester Sjoerd geeft een omschrijving, soms ook een voorbeeld en kinderen wijzen uit een lijstje het woord aan: bijnaam, persoonsgegevens, interessant. e.a. Het woord opschrijven komt later.
Tijdens de lunch vertellen enkele kinderen over voor hen grappige gebeurtenissen in het donker van de nacht, zoals uit bed vallen, op de grond slapen, je knuffel even niet kunnen vinden, wakker worden van een raar geluid, e.a. Meester Sjoerd is uitnodigend voor deze verhalen en geeft de kinderen gelegenheid ervaringen te vertellen. Erg belangrijk, dunkt me.
Als afsluiting van de lunch wordt nog eens hardop meegezongen met het tafel-van-vier-lied en twee kinderen laten even horen dat zij alle sommen uit deze tafel kunnen dromen.